Hoofdstuk 12
==
Lou drukte een kus op haar moeders wang. Ondanks zijn gemopper liep Phil achter haar aan naar binnen. Hij begroette zijn schoonmoeder met een overdreven vertoon van genegenheid, aangemoedigd door de heerlijke geur van gebraden vlees die hen vanuit de keuken tegemoetkwam.
‘Je bent naar de kapper geweest,’ zei Renee, terwijl ze Lous kapsel van alle kanten bekeek.
‘Een verjaarscadeau van mijn collega’s. Vind je het leuk?’ vroeg ze, al bij voorbaat op het ergste voorbereid.
‘Het is een beetje oranje,’ antwoordde Renee.
Renee had een vest voor Lous verjaardag gekocht, effen zwart, met een V-hals, driekwart mouwen en vier paarlen knoopjes.
‘Beeldig, mam,’ zei Lou. ‘Heel erg bedankt.’
‘Het was niet goedkoop,’ benadrukte haar moeder.
‘Dat zie ik, mam. Het is heel chic. Ik ben er heel blij mee.’
‘Zwart kleedt af, zoals je weet,’ zei Renee. ‘Ik heb nog overwogen om het een maat kleiner te kopen om je een beetje aan te moedigen.’
Lou verslikte zich bijna in haar sherry. Ze bedoelt het goed, zei ze tegen zichzelf.
==
Renee had een lekkere lunch met varkensrollade klaargemaakt. Het viel Lou op dat haar moeder haar een veel kleinere portie opschepte dan Phil, maar ze zei er niets van. Het was immers erg prettig dat er voor de verandering iemand anders had gekookt. Ze was de vorige avond te boos geweest om van de Chinese lekkernijen te kunnen genieten.
De afwas was net gedaan, toen de telefoon ging.
‘Hallo?’ zei Renee, en haar gezicht vertrok toen de telefoon nogmaals overging, dit keer in haar oor. Ze was er nog steeds niet aan gewend dat je een knopje moest indrukken als je een draadloze telefoon opnam.
‘O hallo, schattebout.’ Haar stem was gedrenkt in honing. Lou wist meteen wie er belde. ‘Hoeveel graden? Ooo, dat is wel heel erg warm. Hier is het ijskoud, maar tenminste zonnig... O, geweldig... Ja, met mij gaat het prima, dank je... Ja, alles is ingepakt. Ik moet het nu alleen nog naar het postkantoor brengen.’
Aha, dacht Lou, die de stiltes feilloos kon invullen. Na het uitwisselen van de noodzakelijke beleefdheden was Victorianna direct ter zake gekomen: ‘Wanneer krijg ik mijn spulletjes, mammie?’
‘Dinsdag, hoop ik. Elouise is hier, dus als je even dag wilt zeggen...’
De kans dat het antwoord ‘ja’ zou zijn was zo gering dat Lou er veilig al haar spaargeld om kon verwedden.
‘O, ik begrijp het. Nee, het komt wel een andere keer, als je haast hebt... Liefs van haar.’
Om de dooie dood niet, dacht Lou.
‘Nou, dag schat... Ja, ik hou ook van jou.’ Toen Renee de verbinding verbrak, keek ze alsof ze daarnet een privé-audiëntie bij Rod Stewart had gehad. ‘Dat was Victorianna.’
‘Je meent het,’ schamperde Lou.
‘Veel liefs van haar.’
Om de dooie dood niet, dacht Lou nog een keer.
‘Kun je me dinsdag een lift geven naar het postkantoor met dat pakje voor haar? Alles is al ingepakt.’ Renee wees op een enorme doos in een hoek van de kamer.
‘Natuurlijk... Jezus, mam, dat gaat je een vermogen kosten. Dat ze je dat laat doen, ik vind haar echt...’ Lou maakte haar zin niet af. Ze kon met de beste wil van de wereld geen aardig woord verzinnen om prinses Victorianna te beschrijven.
‘Ze laat het me niet doen, ze heeft het gevraagd. Ik had nee kunnen zeggen. O Lou, waarom ben je toch altijd zo agressief als het om Victorianna gaat?’ snauwde Renee. ‘Waar heeft ze het in hemelsnaam aan verdiend dat jij altijd zo negatief over haar bent?’
Daar wil je het antwoord echt niet op weten, dacht Lou in stilte.
Renee schudde in wanhoop haar hoofd. ‘En jullie hadden vroeger zo’n hechte band.’
Dat was beslist niet hoe Lou het zich herinnerde.
‘Nou, heb je het voor haar over of moet ik een taxi nemen?’
‘Nee, ik breng je wel,’ verzuchtte Lou. Maar ik doe het voor jou, voegde ze er bij zichzelf aan toe, niet voor de prinses op de erwt.
==
Toen het tijd was om naar huis te gaan maakte ze Phil wakker. Hij lag te snurken in een stoel. Na het eten had hij zich voldaan uitgestrekt in Renees enorme leren fauteuil, naast de gloeiend hete radiator. Als Renee op een dag het tijdelijke voor het eeuwige verwisselde, dacht hij slaperig, moest hij ervoor zorgen dat Lou die stoel voor hem opeiste.
Lou liep naar de auto en bedacht opeens dat ze zich niet kon herinneren wanneer iemand voor het laatst ‘ik hou van je’ tegen haar had gezegd.